Selecteer een pagina

Belg bij verkoop boerderijDe opdracht voor de verkoop van een boerderij met een leuk stukje land liep voorspoedig maar toch had ik gevoelsmatig een probleem. De verkoper, een oude boer, had twee paarden. Twee Belgen om precies te zijn. Prachtige paarden om te zien maar ja, die kon hij niet meenemen naar zijn bejaardenwoning.

Hij gaf aan dat het jongste paard ( 6 jaar) naar een kennis van hem zou gaan en het oude paard (12 jaar) naar de slager. Dat begrootte mij toch wel een beetje.

Op een gegeven moment had ik een jong stel dat de boerderij wilde kopen. We waren het eens over de prijs en over de aanvaarding dus de koop was gesloten. Er is nog 1 ding riep ik: “De koper krijgt de oude Belg erbij en moet deze tot zijn dood goed verzorgen”. Kopers gaven aan dat ze hier nog een nachtje over moesten slapen. Die nacht werd dus het lot van de oude Belg beslist.

De volgende dag kwamen de kopers en gingen akkoord. Het was immers toch een oud paard. In de notariële akte werden zelfs alle afspraken rondom de Belg vastgelegd. De oude boer vond het prachtig.

Enkele maanden later sprak ik iemand en die vroeg me of het verhaal rondom de Belg waar was. Toen ik dat bevestigde zei hij me dat zijn vader ook zo’n Belg had gehad. Die was niet zo oud geworden voor een Belg, maar 35 jaar!

Voorlopig werd mijn oude Belg dus nog geen paardenrookvlees.

Onlangs kreeg ik een woning in opdracht van een bank te koop. Omdat de eigenaar niet aan zijn verplichtingen voldeed moest de woning verkocht worden. Dat zijn, zoals je kunt begrijpen, meestal niet de leukste opdrachten.

Nadat ik een aantal keren voor een dichte deur had gestaan trof ik de bewoner op een keer thuis aan. Ik had al een vermoeden dat het een rommeltje was omdat de oprit en voortuin vol met allerlei handel stond: een oude kar, vuilnis, auto-onderdelen.

En inderdaad binnen was het niet veel beter. Een bende: aanrecht vol, overal zakken met onbekende inhoud, slaapkamers vol met rommel, badkamer te vies om de deur open te doen. “Sorry” riep de man nog “Ik heb geen tijd gehad om het op te ruimen”.

Nadat ik de woning van top tot teen had bekeken probeerde ik nog even een praatje met hem te maken om afspraken te kunnen maken in het (twijfelachtige) geval van een bezichtiging.

Ik vroeg hem van wat voor een materiaal het matje bij de voordeur was gemaakt, bijzondere kleurstelling en vormgeving riep ik nog. Hij keek mij wat onnozel aan en gaf aan dat er helemaal geen matje lag.
Toen ik nog eens goed keek zag ik dat het geen matje was maar een enorme plak hondenhaar, afkomstig van de schurftige herdershond die er rond liep.

Terug op kantoor vertelde ik wat mij nu weer was overkomen en gek genoeg: Iedereen kreeg spontaan jeuk.

De woning is uiteindelijk verkocht voor een scherpe prijs aan een koper die genoegen nam met de rommel die eventueel zou achterblijven.

Makelaars en dieren. Van vlooien, stinkende kattenbakken en kwijlende boxers. We zouden er een boek over kunnen schrijven maar verkoopbevorderend werkt het eigenlijk nooit.

Ik ga afsluiten want ik moet de hond uitlaten!

The following two tabs change content below.

Laatste berichten van Jan Weide (toon alles)

Google+