Selecteer een pagina

Ja u leest het goed. ALS de hypotheekrenteaftrek wordt afgeschaft DAN dalen de huizenprijzen met 15%. Dat blijkt uit een studie van het Centraal Bureau voor Statistiek van april dit jaar naar drie mogelijke hervorming scenario’s van het Nederlandse woonbeleid.

Onzekerheid: Er gaat al lange tijd een discussie over de mogelijke hervorming van het Nederlandse Woonbeleid. Veel economen zijn van mening dat de huidige vormgeving met fiscale subsidies voor koopwoningen in combinatie met een sterk gereguleerde huurwoningmarkt de woningmarkt belemmert en tot welvaartverlies leidt. Daarbovenop komt dat het kabinet nog altijd niet gevormd is en er daardoor onduidelijk blijft bestaan over de toekomst van het Nederlandse Woonbeleid.

Drie scenario’s: In een studie van het CBS staan drie hervormingsscenario’s centraal. Deze hervormingen betreffen de fiscale behandeling van koopwoningen, de huurregulering, de woningcorporaties en de huurtoeslag. De hervormingsvarianten dienen om na te gaan of er doelmatigheidswinsten mee behaald kunnen worden. Daarbij worden de effecten van hervorming het woonbeleid op zowel huur- als koopwoningmarkt en hun onderlinge verbanden in hun onderlinge verwevenheid bezien. De gekozen hervormingsopties dienen om te illustreren op welke manier het woonbeleid verbeterd kan worden, wat de gevolgen daarvan dan zijn en welke afwegingen daarbij een rol spelen. Het gaat daarbij om de gevolgen voor het functioneren van de woningmarkt, de inkomensverdeling en de welvaart. Een samenvatting van de scenario’s en gevolgen:

Drie hervorming scenario’s: Voor alle scenario´s geldt dat de overheidsbemoeienis met de markt voor huurwoningen in de vorm van het vaststellen van een maximale huur via het puntensysteem verdwijnt. Alle verhuurders van woningen brengen hun huurders een marktconforme huur in rekening. Dit resulteert in hogere huurinkomsten voor woningcorporaties.  Het huidige overheidsbeleid kent gemiddeld hogere subsidies voor huurwoningen dan voorkoopwoningen. In alle scenario’s kiest de overheid voor een aanpak waarbij eigenwoningbezitters en huurders na verloop van tijd gelijk worden behandeld. Dit uitgangspunt betekent dat een bewoner – ongeacht of hij eigenaar dan welhuurder is – voor een woning van een bepaalde kwaliteit met dezelfde netto woonlasten zal worden geconfronteerd. In elk eindbeeld is er dan ook geen sprake meer van de huurtoeslag. Als opvolger daarvan wordt een woontoeslag geïntroduceerd, waarvan zowel eigenwoningbezitters als huurders met een laag inkomen van  kunnen profiteren.  Tot slot komt er een eind aan de overdrachtsbelasting voor eigenwoningbezitters. Hiermee verdwijnt de rem op de verhuismobiliteit op de koopwoningmarkt.

Scenario A: Hypotheekrente volledig afgeschaft: In dit scenario worden de fiscale voordelen voor de koopwoning volledig afgeschaft en verdwijnen ook de subsidies voor huren. Naast de eerder benoemde afschaffing van de overdrachtsbelasting voor de eigen woning en de introductie van de woontoeslag voert de overheid meer compenserende  lastenverlichting door. Deze komt tot stand via verlaging van de tarieven van de eerste en de tweede schijf van de loon- en inkomstenbelasting en verhoging van de algemene heffingskorting.

Scenario B: een vrijstelling van maximaal 300 duizend euro: Een scenario ontworpen waarin woonsubsidies qua hoogte veel dichter blijven bij wat ze nu zijn, zij het met een wat andere vormgeving. De vermogenseffecten voor huidige eigenwoningbezitters zijn dan kleiner,maar de te behalen doelmatigheidswinsten ook. Eigenaren van een koopwoning moeten in eindbeeld B de waarde van hun woning weliswaar aangeven in box 3 van de loon- en inkomstenbelasting, maar zij kunnen daarbij profiteren van een vrijstelling van maximaal 300 duizend euro (prijspeil 2005). Eigenwoningbezitters mogen bovendien de hypothecaire schuld in eindbeeld B volledig aftrekken van de vermogenscomponenten die zij moeten aangeven in box 3.

Scenario 3: een vrijstelling van 56% van de waarde van de eigen woning: Ten slotte is ook een middenweg tussen deze twee scenario’s geanalyseerd. Ook in eindbeeld C blijft sprake van fiscale ondersteuning van het eigenwoningbezit. Eigenaren van een koophuis profiteren in dit eindbeeld van een vrijstelling van 56% van de waarde van hun woning. Zij dienen dus 44% van deze waarde aan te geven in box 3 van de loon- en inkomstenbelasting.3 Eigenwoningbezitters mogen de hypothecaire schuld ook in eindbeeld C volledig aftrekken van de vermogenscomponenten die zij moeten aangeven in box 3.

Gevolgen prijspijl woningen ,arbeidsmarkt en koopkracht: De woningcorporaties realiseren in elk van de drie eindbeelden t.o.v. van de huidige situatie een sterke stijging van de inkomsten uit de verhuur van hun woningen die ten goede zal kunnen komen aan  het begrotingstekort en invoering van een nieuw woonbeleid.  Met de in de scenario’s veronderstelde hervormingen van het woonbeleid neemt de  verhuisbelemmeringen weg en heeft het gunstige gevolgen voor de baanmobiliteit en daarmee op de werking van de arbeidsmarkt. In alle scenario’s neemt de koopkracht toe en neemt het prijspijl van woningen af. (zie figuur)

Gevolgen voor woonconsumptie: Alleen in scenario’s A neemt de totale woonconsumptie af . Met woonconsumptie wordt bedoeld de behoefte om te verhuizen. Tegenover de afname van de consumptie van koopwoningdiensten staat een sterke stijging van de consumptie van huurwoningdiensten. Omdat het aanpassingsproces er volgens het CBS hetzelfde uitziet voor 2011- 2040 zijn de drie scenario’s is het samengevat in 1 figuur. Waarbij scenario A de meest progressieve lijn laat zien. (zie figuur)

Dit artikel is geschreven door Reinier Reijneveld, die bij JAAP.NL een afstudeerscriptie maakt over mobiel internet.

The following two tabs change content below.
Directeur van JAAP.NL. Al 15 jaar in de eCommerce. HP, Apple, Wehkamp, Sunweb, OMD... Wedstrijdzeiler, hobbyfotograaf.

Laatste berichten van Hans Voorn (toon alles)

Google+