De titel van dit blog impliceert eigenlijk dat het om tekst en schrijven gaat. In het Nederlands. De Scherpe Pen.
Er is nogal wat taalgebruik waar aardig wat vraagtekens bij gezet kunnen worden. Jammer, een verloedering van onze taal.
Daar valt natuurlijk wel degelijk wat over te schrijven en het sluit mooi aan bij de blognaam. Hieronder dus wat zeuren en zaniken over verschillende ‘ingebakken’ gebruik van taal die ronduit fout zijn.
Toch is dit geen pleidooi waar taalpuristen van gaan smullen, en dat is ook helemaal niet de bedoeling – het is wel iets om even over na te denken.
Vooral omdat het zo slordig staat als je de inheemse taal van het Koninkrijk der Nederlanden niet beheerst.
Zo zijn er van die uitspraken die typisch ‘spreektaal’ en soms ook ‘streektaal’ zijn. Terwijl, als je er over nadenkt wat er staat of gezegd wordt, er geen bal van klopt.
Taalfouten die iedereen gebruikt
Nu voor half geld
Dat slaat toch compleet nergens op?
Ga eens een aanbieding kopen voor half geld, scheur vervolgens dat briefje van tien doormidden en geef het aan de kassière. Half geld.
Er wordt bedoeld: voor de helft van de normale prijs. Waarom zou je dat dan niet zeggen? Komt vast en zeker omdat ‘half geld’ minder moeite kost dan ‘voor de helft van de normale prijs’.
Let op, want ‘voor de helft van de prijs’ klopt ook niet! Immers, de prijs is al het bedrag wat je gaat betalen, niet daar weer de helft van…
Zullen we een bakkie doen?
Een bakkie was wat je in de jaren ’80 een 27MC radio noemde. Wat vrachtwagenchauffeurs in hun cabine hadden (en hebben) om de eenzaamheid te verdrijven.
Tegenwoordig wordt er een kopje koffie mee bedoelt. Prima als je iemand uitnodigt om koffie te komen drinken (alhoewel ik thee prefereer). Maar hoe ‘doe’ je een kopje koffie?
Ga toch gewoon samen een kop koffie drinken, in plaats van doen.
In het verlengde daarvan, zou ‘boodschappen doen’ dan ook foutief taalgebruik zijn? Eigenlijk ga je boodschappen halen, of kopen. Je doet de inkopen, waarbij je boodschappen haalt.
Of is die term ‘boodschappen doen’ ondertussen een dusdanig begrip geworden dat het juist daarom alweer ‘goed’ is?
Gaat dat ook gebeuren met ‘koffie doen’? Met dank aan de Rotterdammers.
Niet dan nadat
Dit zie je wel eens in overeenkomsten en contracten staan. Net zoals er ook wel eens niet nadat staat.
Dat maakt echter wel een giga groot verschil.
Om dat duidelijk te maken gebruik ik hier even een stukje tekst van de kenners bij Onze Taal. Zij leggen het namelijk keurig uit:
- U bent verplicht de overeenkomst na te komen, maar niet dan nadat deze schriftelijk is bevestigd.
- U bent verplicht de overeenkomst na te komen, maar niet nadat deze schriftelijk is bevestigd.
Zin 1, met niet dan nadat, is juist. Niet dan nadat betekent ‘niet eerder dan nadat’, ‘pas nadat’, ‘maar eerst …’ De zin met niet dan nadat drukt dus uit dat er een verplichting bestaat de overeenkomst na te komen, maar dat die verplichting pas geldt nadat de overeenkomst schriftelijk is bevestigd.
Zin 2, met niet nadat, lijkt te betekenen: ‘u bent verplicht de overeenkomst na te komen, maar dat geldt niet meer als er een schriftelijke bevestiging is gekomen’. Dat is zo ongeveer het tegenovergestelde van zin 1; het is zeker niet wat de schrijver van deze zin wilde uitdrukken.
Het lijkt dus eenvoudig: niet nadat en niet dan nadat hebben verschillende betekenissen, en deze uitdrukkingen moeten niet verward worden. Het opmerkelijke is dat in de dagelijkse praktijk niet nadat vaak als synoniem van niet dan nadat wordt gebruikt.
Hé, was je er weer?
Ja, je was weg. En nu ben je er weer. Niet was.
Het juiste antwoord op deze vraag is dan ook altijd: Nee. Je was er namelijk niet.
In diezelfde categorie valt ook de veelgestelde vraag (vooral bij partners of binnen het gezin): “Wat gingen we ook alweer doen?”
Op zich volledig irrelevant wat je van plan was om te gaan doen. Want dat ga je dus niet meer doen – je wilt nu wat anders gaan doen. Indien je de tekst letterlijk neemt, zeg maar.
Het is dan ook: “Wat gaan we ook alweer doen?”. Uiteraard alleen van toepassing voor vergeetachtigen, die even de korte termijn toekomst kwijt zijn.
Hun hebben….
Of andere varianten van misbruik van ‘hen’ en ‘hun’. “Kunnen hun dat niet doen”?
Dit is een ingewikkelde. Allereerst al omdat ‘hun’ gebruikt kan worden voor personen maar ook over het bezitten van voorwerpen.
– Ik geef hun het boek (persoonsvariant, waarbij je het aan hen geeft)
– Dat is hun boek (bezittelijke variant, dat boek is van iemand)
Alleen is dit muggenzifterij. Kijk maar (sorry, lees maar) wat de echte slimmeriken hierover schrijven:
Het verschil tussen hun en hen ‘leeft’ allang niet meer in het dagelijks taalgebruik. Het is dan ook een kunstmatig onderscheid; de zeventiende-eeuwse wetenschapper Christiaen van Heule wordt beschouwd als de bedenker ervan. Tegenwoordig gaan veel taalgebruikers ervan uit dat alleen hen juist is in een zin als ‘Hen vraag ik niets meer!’, terwijl volgens de regels ‘Hun vraag ik niets meer!’ juist is. Volgens de Algemene Nederlandse Spraakkunst (ANS, 1997) mag er bij dit soort hen/hun-kwesties niet van ‘fouten’ worden gesproken.
Zodra je echter ‘hun’ als onderwerp gaat gebruiken… is het wel degelijk fout. Gebruik dan gewoon ‘ze’ en alles is weer in orde! Bij twijfel is ze/zij de juiste keuze.
In combinatie met werkwoorden en vervoegingen in de derde naamval (ja, die is er niet alleen in de Duitse taal) wordt het ronduit ingewikkeld. Wil je graag weten hoe het zit? Hier vind je jouw antwoord: https://onzetaal.nl/taaladvies/advies/hun-hen
De één na laatste
Kom op zeg! Zelfs een kleuter weet dat dit niet kan. Na de laatste komt er niet nog eentje. De laatste is de laatste. Hoe groot is het verschil van twee letters die er niet staan…
Want wat er bedoeld wordt, maar niet gezegd, is ‘de op één na laatste’. Kijk, dat verandert nogal wat.
Eigenlijk zou je nog beter kunnen zeggen “De één voor laatste”.
Dat was de laatste. Tenzij jij nog wat mooie aanvullingen hebt van krom taalgebruik! Voeg die dan hieronder als reactie toe. Ik kijk er alvast naar uit!
Oh ja – mocht je een tiepfout of zoiets in dit artikel vinden (wat ik echt niet uitsluit), ga dan niet lopen zeiken en zeuren. Laat het me gerust weten zodat ik het kan aanpassen.
Gelukkig ben ik niet perfect!
Laatste berichten van Han Tuttel (toon alles)
- Hoe technologie en automatisering de toekomst van de makelaardij gaat veranderen - 23 juni 2018
- De Call to Action wordt niet optimaal benut - 20 november 2017
- Marketing Pitches – Genomineerden Vastgoed Woningmakelaar van het Jaar 2017 - 10 november 2017
Wat een pover verhaal van een zeer povere, taalarme schrijver die absoluut het verschil niet kent tussen een d en een t, geen zinsopbouw beheerst en bij meer dan 4 woorden achter elkaar al vrees krijgt dat de zin te lang wordt en er dus maar snel een . achter zet….. Nee, meneertje Truttel, deze rol van taalcriticaster past u niet, die van makelaar overigens ook niet ben ik bang voor!
LOI (een onderwijsinstelling die ook cursussen Nederlands geeft) adverteert momenteel op TV met een docent die zegt: “Mijn naam is die-en-die, docent bij dat-en-dat”. Dit betekent: “Mijn naam is die-en-die, (en mijn naam is tevens) docent ……”. Onzin dus!
Men bedoelt waarschijnlijk: “Mijn naam is die-en-die, en ik ben docent …..”.
Scherp! Des te meer omdat het hier om een trainingsinstituut gaat. Dank je voor de aanvulling Erik.
‘Hey, ben je er weer’ is een retorische vraag die je eigenlijk niet aan een persoon hoeft te vragen die voor je staat…
Waar ik me zelf bont en blauw aan erger tegenwoordig, is het foutief gebruik van de woorden ‘kan’ en “zal”.
Voorbeeld: Je kan morgen regen verwachten. Je zal zien dat het mooi wordt. (Brrrr…. de koude rillingen lopen me over mijn rug!)
Steeds meer mensen zijn schijnbaar vergeten dat het moet zijn: Je kunt … en je zult…..
In mijn persoonlijke taal-ergernissen top10 staan deze 2 samen op nummer 1
PS. als je alle grammaticafoutjes uit je tekst wilt halen, geef je maar een seintje, dan wil ik de foutjes er wel voor je uithalen 😉
Steeds vaker ziet men de – voor mij althans – storende schrijffout “is” waar men “eens” bedoelt. In de meeste gevallen geeft het ook aan dat de schrijver niet eens weet wat hij of zij schrijft – deze denkt ook dat het is moet zijn ook. NB: dat “bakkie doen” vind ik niet zo storend trouwens, dat is gewoon een uitdrukking geworden, het gevolg van dat taal dynamisch is.
die dodelijke slachtoffers…
Wat ook steeds vaker fout gaat zijn de spaties. Veel spatiefouten komen door al het Engels om ons heen. Het Engels maakt heel veel gebruik van spaties. Het Nederlands veel minder.
De beste een mooiste voorbeelden vind je hier: http://www.spatiegebruik.nl/
En de streektaal. “Ik heb er zin a(a)n” is natuurlijk gewoon “Ik heb er zin in”.
Mooie aanvulling – dank je Lea
zo, en dan nu nog de deetjes en de teetjes, Han 🙂
Dat schreef ik aan het einde toch al Ingrid? Laat maar even weten waar ik de mist in ben gegaan, dan corrigeer ik het!
…of zou ik er stiekem wat foutjes expres in hebben gezet?